In the middle of nowhere

18 augustus 2015 - Darwin, Australië

Na het tropische Cairns was het even wennen in Alice Springs. De temperatuur lag hier toen we aankwamen rond de 20 graden en er stond een stevige wind.
De stad is niet heel groot en ligt midden in de woestijn. Gedurende de vlucht hier naar toe hebben we alleen maar landschap gezien met allerlei kleuren rood en ver uit elkaar staande bomen. Daar tussendoor lopen een aantal dirt roads en 1 geasfalteerde weg. Alice Springs ligt aan de Todd River maar deze staat meestal droog. Afgelopen regenseizoen heeft er weer een keer water in gestaan maar daarvoor stond hij een aantal jaar droog.
Onze eerste dag in Alice Springs hebben we wandelend langs de Todd River doorgebracht. Ondanks de droogte was het hier erg mooi en tijdens de wandeling kwamen we rotskangeroes tegen en een soort dingo. De wandeling kwam uit bij een oude Telegraph Station. Rond 1890 is de telegraaf lijn tussen Darwin en Adeleid opgezet en heeft men bij de waterbron dit station opgericht. Alice Springs dankt haar naam aan deze bron.
De volgende dag om 5 a.m. begon onze reis door de outback en werden we opgehaald met een bus. Nadat al onze reisgenoten waren opgehaald zijn we vertrokken richting Ayers Rock (Uluru), toch zo'n 450 km rijden. Met uitzondering van af en toe een station (grote boerderij) met een pompstation, winkeltje/bar/restaurant en een camping
kom je hier verder helemaal niets tegen. Bij Ayer Rock doemt dan in ene Uluru op met niet al te ver daar vandaan Kata Tjuta. Vanaf onze camping hebben we zicht op beide rotsformaties. In de loop van de middag gaan we naar Uluru, maken we een paar korte wandelingen en verteld onze gids e.e.a. over de monoliet en de heilige betekenis daarvan voor de aboriginals. De rots is werkelijk prachtig en helemaal als het licht van de ondergaande zon er op schijnt.
Op de camping overnachten we in de open lucht onder de heldere sterrenhemel in een swag rond het kampvuur. De nachttemperatuur ligt rond de 1 graden maar met 2 truien, een lange broek en sokken in een slaapzak met daar overheen een dikke deken in de swag is het best uit te houden. We hebben na genoten te hebben van de heldere sterrenhemel heerlijk geslapen.
De volgende dag staan we weer om 5.30 a.m. op om de zonsopgang te kunnen zien bij Kata Tjuta en hier een wandeling te maken. Ook hier is het werkelijk genieten. Persoonlijk vind ik het hier mooier dan in Uluru. Nadat we onderweg eerst hout verzameld hebben voor het kampvuur rijden we door naar Kings Creek Station voor opnieuw een overnachting in de swag.
Ook nu staan we net als alle andere dagen van de toer op om 5.30 a.m. zodat we vlak na zonsopgang bij King Canyon kunnen wandelen. Van de 3 dagen van deze toer vind ik het hier het mooiste. De ongerepte ruige natuur is werkelijk prachtig. Omdat we er al zo vroeg zijn ontlopen we ook de meeste toeristen dus kun je er nog beter van genieten.
Na deze wandeljng keren we terug naar Alice Springs en zit het eerste deel van onze 10 daagse toer erop.

Na een rustdag in Alice Springs, die we gebruikt hebben om nog maar eens een wandeling te maken, vertrekken we richting Darwin. Dit middelste deel van de toer is eigenlijk meer een roadtrip. We hebben n.l. ruim 1500km af te leggen. De eerste dag rijden we 600km en maken we alleen een paar tussenstops bij Tropic of Capricorn (steenbokskeerkring) en een paar roadhouses, en bekijken we de Devils Marbles. In tegenstelling tot alle andere rotsblokken die we gezien hebben zijn deze niet ontstaan door het schuiven van de aardplaten maar door zon, wind, regen en erosie. Omdat er weinig variatie is in het landschap heb ik de tijd maar gedood met een boek lezen.
We overnachten in Banka Banka station. Deze ligt vlak aan de Stuart Highway. Vanuit mijn swag heb ik zicht op de Road Trains die hier s'nachts rijden. Werkelijk een geweldig gezicht om deze verlichte wagens door het donkere nacht langs te zien rijden.
De 2e dag leggen we 500 km af en bezoeken we in de middag de Mataranka Thermal Pools. Deze pools hebben een constante temperatuur van 34 graden. Om af te koelen plonzen we even lekker in de pool. Nu we weer in de tropen zijn is de temperatuur weer aardig opgelopen en kunnen we wel wat afkoeling gebruiken.
We overnachten bij een homestead waar o.a. in de aangrenzende kreek zoetwater krokodillen zitten. Deze liggen echter op veilige afstand dus daar hoeven we ons geen zorgen om te maken. De andere vaste bewoners van deze camping zijn slangen, kikkers, grote spinnen en wallabies. Omdat we nog geen krokodillen hadden gezien zijn we 's avonds met een zaklantaarn op zoek gegaan. Al snel zagen we de oranje gekleurde ogen van deze beesten oplichten. Er bleken er best veel te liggen, terwijl we ze bij daglicht niet gezien hadden.
De volgende dag rijden we naar Nitmiluk (Katherine Gorge) NP waar we de ochtend doorbrengen in een kano. Ook hier zijn krokodillen (zoutwater). We mogen daarom alleen maar op 1 plek uit de kano stappen en zwemmen. We hebben geen krokodil gezien maar wel enorm genoten van de omgeving.
Gedurende de laatste paar honderd kilometer van de roadtrip naar Darwin begint het landschap iets te veranderen. De bomen worden hoger en volleren en dus groener. Tegen de tijd dat we in Darwin aankomen hebben we the middle of nowhere achter ons gelaten.

Foto’s